Tijdens een wandeling in het bos werd mijn oog getrokken door dit bijna kunstzinnige tafereel: twee takken in V-vorm, gestut door twee bomen. Is het door mensenhanden gemaakt? Of een toevallige compositie, ontstaan na een van de stormen die ons het afgelopen voorjaar heeft getroffen? Het stemt mij, aan het eind van de zomer, een beetje weemoedig. Ik denk aan de lange, schitterende zomer, waarin ik voornamelijk buiten leefde. Maar ook aan de mensen uit het verpleeghotel, met wie ik door het bos wandelde. En aan die ene man, met wie ik, daags voor zijn overlijden, nog eenmaal naar buiten ging, die genoot van de wind langs zijn gezicht, het gefluit van de vogels het licht gefilterd door de hoge bladerdek van de bomen. Een eindeloze herhaling van leven en sterven, net als in de natuur. Nu gaan we de herfst en winter weer tegemoet, dompelen ons onder in stilte, duisternis en kou enerzijds en huiselijke gezelligheid anderzijds. Wetend dat er na de winter weer een lente komt, en een zomer. Het ritme van de natuur, waar wij op ademen. Een leven lang.